Mannen met een kaal hoofd.
Naalden en messen.
In een bodemloze put gegooid worden.
De tandarts.
De deurbel.
De telefoon.
Auto’s die niet terugkomen.
Medicijnen die iets met je hoofd doen.
De ogen van vreemden.
Dat er niemand opendoet als ik aanbel.
Dat mijn mailtje niet beantwoord wordt.
Dat de telefoon niet wordt opgenomen.
Dat mijn antwoord fout is.
Dat ik verkeerd begrepen zal worden.
Dat ik me aanstel.
Dat niemand me gelooft.
Dat iemand ontdekt wie ik ben.
Dat ik de enige kraai ben op een planeet vol watervogels en kippen.
Dat mijn kado niet in de smaak valt.
Dat mijn gezicht op een rat lijkt.
Dat er niemand zal zijn als ik dood ga.
Leave a Reply