We komen aan bij het station.
Jan1 geeft me een hand en waarschuwt dat mijn rugzak niet dicht zit.
Ik loop de trap op, een beetje onvast.
In de stationshal lijkt het wel een kermis op dubbel geluidsvolume.
Ik snap niets van dat bord. De letters zijn zo wazig.
Ik probeer te lezen, maar de betekenis dringt niet goed tot me door.
Ik zie vaag bekend klinkende plaatsnamen.
Zwolle, dat herken ik.
Ik koop bij de automaat een kaartje naar Zwolle.
Dat gaat opeens goed.
Die gleuf, dat scherm, de pincode.
Ik wandel naar het perronnummer van het bord.
Die neger loopt steeds achter me aan, hij wil vast mijn rugzak stelen.
Ik weet niet hoe laat de trein gaat.
Ik snap die klok ook niet goed.
Ik blijf hier staan, tot hij komt.
En hij kwam, en ik stapte in.
De gang is smal, de wc-deur staat open.
Ja !
Ik wurm me naar binnen en leeg mijn blaas.
Pffffffff.
Er leek wel geen einde aan te komen.
Deze kan tenminste dicht.
Ik zoek een plaats om te zitten.
Ik hou mijn rugzak vast.
Volgens mij zag ik net die neger weer.
Even later geef ik gedwee mijn kaartje aan de conducteur.
Ik moet naar huis, in Zeeland, zeg ik tegen hem.
Ik heb een psychose gehad, en de politie heeft me op de trein gezet.
Ok, je moet in Zwolle een nieuw kaartje kopen en overstappen.
Ik let wel op je.
In Zwolle is het gelukkig niet zo druk in de buurt van die automaat.
Ik weet nu ook waar ik heen moet.
Goes ! dat was het.
Ik snap dat bord nu ook beter.
Ik moet hier gaan staan.
Hè ? Die neger loopt hier ook al.
In de drukke trein zie ik een vertrouwenwekkend landschap door het raam.
Bomen gaan over in weilanden met koeien. Daar woon ik ergens.
De trein stopt in een stad.
Ik stap uit en loop over het perron.
Wat nu ?
Ik ben in Den Haag.
Nog lang niet thuis dus.
Welke kant moet ik nu op ?
Ik wil rennen, maar mijn benen worden slap.
Iemand gilt.
Artikel 25
1. De ambtenaar draagt er zoveel mogelijk zorg voor dat personen die door drankgebruik, dan wel door andere oorzaken, onmiddellijk gevaarlijk zijn, hetzij voor de openbare orde, veiligheid, of gezondheid, hetzij voor zichzelf, op de meest geschikte wijze van openbare plaatsen als bedoeld in artikel 1 van de Wet openbare manifestaties, worden verwijderd. Onder openbare plaatsen worden mede verstaan vervoermiddelen die zich bevinden op deze plaatsen, een en ander voor zover niet gebezigd als woning.
2. De ambtenaar draagt personen als bedoeld in het eerste lid over aan het eigen zorgkader, voor zover de omstandigheden zulks toelaten. Zij kunnen bij het ontbreken van opvangmogelijkheden elders, bij wijze van hulpverlening, op het politie- of brigadebureau worden ondergebracht, indien dit nodig is voor hun bescherming en dit niet tegen hun wil geschiedt.
3. Voor personen als bedoeld in het eerste lid, van wie bekend is dat zij geestelijk gestoord zijn of die geestelijk gestoord lijken, waarschuwt de ambtenaar de arts, nadat zo mogelijk getracht is contact te zoeken met de eigen huisarts.
Leave a Reply